Copyright H.E. Schoonekamp. Zonder mijn toestemming mogen mijn verhalen niet gekopieerd en/of gepubliceerd worden. Linken mag uiteraard wel.

zaterdag 23 augustus 2014

Zomer in Zutphen deel II. Column 2014-33 voor Contact

 Zeiknat thuiskomen na gewoon even wat boodschappen doen.
Zin hebben in een groot bord met zuurkool. En boerenkool. En erwtensoep.
Zoeken naar een droog plekje om te schuilen in Zutphen.
Zwoegen in de sportschool want buiten sporten is te nat en te koud.
Zomaar ineens verlangen naar warme chocolademelk en glühwein.
Zinloos mopperen. Het weer verandert er echt niet door.
Zeer verbaasd zijn dat het toch echt pas augustus is terwijl het buiten wel eind oktober lijkt.  
Zoveel keer per dag droge kleren aantrekken omdat ik steeds m'n regenjas vergeet.
Zorgvuldig mn haar en make-up doen en er na vijf minuten buiten zijn uitzien alsof ik carnaval ga vieren.
Zodra niemand kijkt stiekem heel hard in de plassen stampen. Of er doorheen fietsen.
Zachtjes onbewust Kerstliedjes zingen.
Zwemmen in de Berkel tijdens de Vrije Slag door Zutphen en langs de kant ook net zo nat worden.
Zielig naar buiten staren en verlangen naar zon en warmte.
Zeven graden s nachts en zestien overdag. Als we geluk hebben.
Zwembad hebben in de slaapkamer omdat ik de ramen niet goed heb gesloten.
Zitten met mn kont op een nat zadel van de fiets.
Zorgvuldig een planning maken aan de hand van Buienradar wanneer ik naar buiten ga.
Zwammen en paddenstoelen in het gras en tegen de boom vinden.
Zeuren, zaniken en zemelen over het weer met zn allen.
Zeggen dat het vast weer zonnig wordt in september en hopen dat het ook zo is.
Zwetend thuiskomen omdat ik hard heb moeten rennen om voor die bui thuis te zijn.
Zon zien en mezelf afvragen wat dat ook alweer voor helder ding aan de hemel is.
Zout willen kopen om te strooien want het voelt als winter.
Zwarte dreigende wolken boven Zutphen zien en eigenlijk is dat toch best een mooi gezicht.
Zomerfeesten bezoeken met een paraplu en proberen om niemand met de punt ervan een oog uit te steken.
Zuchtend zien hoe het mooie bruine kleurtje heel snel verdwijnt van mn lijf.
Zeldzame zonnestraaltjes koesteren.
Zomerse muziek opzetten, de kachel aandoen en net doen alsof het hoog zomer is.
Zappend op de bank voor de televisie zitten en geen zin hebben om de deur uit te gaan.
Zonnebanken zoeken op internet.
Zeker weten dat emigreren naar een warm en zon-zeker zuiders land een goed idee is.
Zandzakken voor de deur leggen omdat het niet lijkt te stoppen met regenen.
Zwaar balen dat ik deze column op deze manier schrijven kan.
Zzzzzzzlapen. 
Winterzzzzzzzlapen.

woensdag 13 augustus 2014

Konnichiwa Zutphen‏. Column 2014-32 voor Contact.

 "Does Zutphen have a big station?" Ik heb op het station afgesproken met Kiko, een vriendin uit Japan die ik in Peru heb ontmoet. Ze is op reis in België en Nederland en komt mij in Zutphen ook een paar dagen met een bezoek vereren. Ik stel haar gerust. Het station is klein en ik zal haar zeker vinden.
Als ik bij het station kom zie ik haar meteen, zoveel Japanners zijn er immers niet in Zutphen. Bijzonder om elkaar in Zuid-Amerika te ontmoeten, daar met elkaar op te trekken en nu ineens samen in Zutphen te staan. Ik ben echt blij haar te zien! Bij mij thuis drinken we wat en kletsen we honderduit. En dan gaan we Zutphen in. En terwijl ik achteloos de deur uitloop richting de binnenstad blijkt voor haar alles bijzonder te zijn. Eigenlijk wel logisch. Japan en Zutphen verschillen wel heel erg veel. Dus lopen we vervolgens heel rustig, uitgebreid om ons heen kijkend naar de binnenstad. En terwijl ik uitleg geef over de stad, de huizen, het Bornhof, de Walburgkerk en de vlag op het oude gemeentehuis ga ik Zutphen ook door haar ogen zien. En wat zie ik ineens veel details die me nog nooit opgevallen zijn. Ik schaam me bijna dat zij dingen ziet die ik nooit echt gezien heb.
Door het slechte weer zijn er bijna geen mensen op de IJsselkade en hebben wij de grootste lol met de waterwerken. Een Nederlandse volwassen persoon past niet in het beeld van Droge Nap, Kiko wel. En dat levert hilarische foto's op...
Op de terugweg boodschappen doen in de supermarkt. En daar leer ik dat Japanse nootjes ook  echt in Japan gegeten worden, maar dat Sudoku niet populair is in Japan. Samen bekijken we alle flessen cola van een merk dat voornamen op de etiketten drukt. De naam Kiko is er niet bij. De naam Henrieke ook niet trouwens.
De volgende dag gaan we samen de Achterhoek in. Eerst een rondleiding in een kaasboerderij, dan naar de klompenfabriek om vervolgens even de grens over te steken en in Duitsland te kijken. Dat wij zonder het te merken een landsgrens kunnen passeren is voor haar onvoorstelbaar. We lunchen in Duitsland, lopen wat rond en rijden dan weer terug richting Zutphen. Uiteraard kan Bronkhorst niet overgeslagen worden. Het kleinste stadje van Nederland met de oude gebouwen en het pontje vind ze geweldig. En ik ook.
Het avondeten doen we deze avond bij mijn moeder en haar man. Kiko had nog nooit echt Nederlands gegeten vertelde ze. Het komt buiten met bakken de lucht uit, dus ook al is het zomer, het is prima weer voor boerenkool... Tot mijn grote verbazing vind ze de boerenkool geweldig!

De volgende dag is het tijd om afscheid te nemen. En afscheid nemen doet pijn. De wereld is groot, maar eigenlijk ook zo klein. Ik hoop haar nog eens weer te zien, in Japan, Zuid-Amerika of gewoon in Zutphen. Bedankt Kiko, dat ik door jouw ogen de Achterhoek en Zutphen mocht zien. Hopelijk tot ooit, ergens in de wereld... 

dinsdag 5 augustus 2014

Zomer in Zutphen. Column 2014-31 voor Contact

Zwemmen in Bronsbergen en tussendoor aan de zijkant zonnebaden in het zachte gras om het zeer lichte kleurtje van mijn huid te laten verdwijnen.
Zittend op een terras in de zon deze column schrijven terwijl een vriendin een berichtje stuurt: Ik zie je zo!
Zoals een toerist door Zutphen dwalen en omhoog kijken naar gebouwen die ik normaal niet echt goed zie.
Zelfbeheersing hebben om niet in de fontein te springen. Of toch niet…
Zorgeloos genieten van het zoveelste zoete ijsje.           
Zonnend op de IJselkade kijken naar de boten die langsvaren en zwaaien naar de schippers.
Zomaar ineens een vrije dag nemen en leuke dingen doen.
Zeer vroeg opstaan om de zonsopkomst te kunnen zien.
Zomerfeesten bezoeken en daar hard en in mijn geval ook vals meezingen met de zangers en zangeressen op de podia.
Zoemende bijtjes op de bloemen en zeer irritante zoemende muggen in de slaapkamer.
Zweten in de sportschool en trots zijn omdat ik toch geweest ben.
Zeldzame vlinders zoeken maar blij zijn van elke zachtjes fladderende vlinder.
Zowaar een beetje bruiner zijn aan het einde van de dag.
Zware gevechten houden met waterpistolen.
Zelf proberen net zo hard te fietsen als de rijders van de wiellerronde.
Zolang op het terras op de Houtmarkt zitten dat de zitting van de stoelen een afdruk in m’n benen achterlaat.
Zin hebben om weer kind te zijn en ook zeiknat willen worden bij de waterwerken op de IJsselkade.
Zwervend op de fiets de omgeving verkennen en zien hoe Zutphen er van een afstandje uitziet.
Zien hoe het langzaam donker wordt en dan voelen dat het wat koeler wordt.
Zand van het strand van Bronsbergen in m’n schoenen vinden.
Zoeken naar mooie en bijzondere boeken op de boekenmarkt.
Zuchtend de boodschappen doen, want het is te warm om te zeulen met tassen.
Zeer veel water naar beneden zien vallen in zeer heftige buien en oh wat ruikt het buiten dan zo lekker.
Zwetend zoeken naar een mooi plekje in de schaduw.
Zuinig aan doen met de laatste ijsblokjes.
Zachtjes zingend op de fiets zitten omdat ik zo vrolijk ben.
Zeker weten dat ik nooit meer winter wil.
Zover de ramen en deuren openzetten dat het een beetje doorwaait in huis.
Zo-even besloten het laatste drankje te drinken maar de zon brandt nog zo fel dus we nemen er nog één.
 
Zo kom ik de zomer van 2014 in Zutphen zeker wel door.
 
Zinderende zomerdagen.
Zachte zomeravonden.
Zwoele zomernachten.
Zzzzlapen. 

Fietsen. Column 2014-30 voor Contact

‘Ga je mee zwemmen?” vraagt een goede vriendin. Ik was eigenlijk van plan om te fietsen, maar twijfel toch even. Zwemmen in Bronsbergen na een lange warme dag op het werk is ook geen straf. Toch besluit ik te gaan fietsen. Ik zeg haar dat ik na mijn rondje fietsen misschien nog wel even langs rijd. Ik trek mijn fietskleding aan, vul een bidon met water en stap op mijn fiets. Zodra ik de straat uitrijd krijg ik nieuwe energie. Ik rijd Zutphen uit via de Oude Ijsselbrug en de Hoven. Via Voorstonden naar Hall. En vanuit Hall is er een prachtig slingerend fietspad in het bos naar Brummen. Het ruikt heerlijk in het bos. Het is er stil, er zijn bijna geen andere mensen op het fietspad. Ik rijd hier even rustig aan, gewoon om even om me heen te kijken. Als ik weer op de gewone weg naar Brummen kom fiets ik wat harder. Even flink het tempo erin is ook leuk. Via de Cortenoeverseweg fiets ik weer in de richting van Zutphen. Ik zie de torens al. Als ik Zutphen zo zie liggen, ben ik altijd trots dat ik er mag wonen. De mooie torens die het aangezicht van Zutphen zo bijzonder maken. Ik fiets door, naar de Nieuwe Ijsselbrug. Even flink kracht zetten op de pedalen om boven te komen, maar het is de moeite waard. Midden op de Nieuwe Ijsselbrug blijf ik staan. Wel op het fietspad uiteraard… Maar wat vind ik het uitzicht hier mooi, dit is één van mijn favoriete Zutphense plekjes.  Naar beneden kijkend in het snel stromende water zijn vaak vissen te zien. Boten die langsvaren, koeien in de uiterwaarden. Ik kan er naar blijven kijken. Jammer dat er hier geen bankje staat. Gewoon om even te zitten en naar beneden te kijken. Als ik de andere kant op kijk zie ik Zutphen. Auto’s razen voor me langs, maar dat deert niet. Ook aan die kant is het uitzicht de moeite waard. In de verte zie ik de drie windmolens draaien. Synchroom. Dat doen ze altijd en ik vraag me nog steeds af hoe dat toch kan. Na een tijdje toch maar de brug af, da’s een makkie om zo te fietsen. Ik rijd Zutphen in, naar mijn vriendin. In haar tuin ploffen we neer, zij haar haren nat van het zwemmen en ik van het fietsen. Met een drankje erbij zitten we lekker te kletsen. Wat is dit weer een mooie Zutphense zomeravond. 

Fluistertocht. Column 2014-29 voor Contact

Eigenlijk stond mijn hoofd er niet naar om leuke dingen te doen afgelopen vrijdag. Mijn gedachten dwaalden steeds af naar Oekraïne, naar alle slachtoffers. Ik had me weken geleden al opgegeven voor de Fluistertocht in Zutphen, maar ik voelde me schuldig om iets leuks te doen terwijl er zoveel verdriet in Nederland was. En is.
Toch liet ik me overhalen om te gaan. Marion Traas van ’t Atrium had immers zo haar best gedaan om een bijzondere tocht te organiseren. En dus was ik op vrijdagavond om 22:30 uur in ’t Atrium waar nog zo’n dertig mensen waren en waar de ontvangst zeer hartelijk was met een hapje en een drankje. Tot een vrolijke man binnenkwam die zich voorstelde als Eugene Ligtvoet, verhalenverteller. Hij nam ons mee de stad in.
De stad in, dat was niet vanzelfsprekend bleek al snel. Bij de poort onder de Drogenapstoren vertelde Eugene als middeleeuwse poortwachter over zijn taak. Over het leven binnen en buiten de stad. Ook maakte hij ons duidelijk dat we veel te laat waren. Het poortersklokje had al geslagen, dus de poort naar de stad was dicht. Na wat beloftes aan de poortwachter, waaronder dat we ons zedelijk zouden gedragen, mochten we dan toch de stad in. Op meerdere plekken werd gestopt en vertelde Eugene een verhaal. Over aflaten, dames buiten de stadspoort, Else en kanunnikes. Geweldig hoe hij vertellen kan en bijzonder om op deze manier door de Zutphense binnenstad te lopen. Het lopen werd traplopen toen we bij de Walburgkerk kwamen en hier de 205 traptreden mochten betreden naar boven. Het was gelukkig wat afgekoeld dus het was goed te doen. Eenmaal boven wachtte een betoverend uitzicht over het donkere Zutphen en de omgeving. Nou word ik niet zo snel ergens stil van, maar daar in het donker, op de Walburgkerk werd ik stil. Wat een indrukwekkend uitzicht. De donkere stad beneden mij met haar lichtjes. En buiten Zutphen en Warnsveld was het echt donker. Tot aan de lichtgevende plekken waar Deventer, Lochem, Apeldoorn, Vorden en andere plaatsen lagen. En is het overdag heel makkelijk om gebouwen in Zutphen en andere plaatsen te herkennen, zo in het donker viel dat toch flink tegen. Geweldig om te zien hoe de trein als een lichtgevend rupsje Zutphen binnenreed, terwijl de IJssel als een zwarte slang oneindig kronkelde, dwars door Zutphen heen. Ik had er uren kunnen blijven staan, had er wel willen slapen, maar helaas, ik moest toch echt mee terug naar beneden. Nadat Marion de deur van de kerk had gesloten met een enorme antieke sleutel leidde Eugene ons verder de stad en liet ons genieten van nog een verhaal. Uiteindelijk kwamen we uit bij de stadsbrouwerij waar we onder het genot van een drankje nog na konden praten, tot het terras ging sluiten.
Op weg naar huis keek ik omhoog, naar de lucht, naar de sterren. Wat was ik blij dat ik toch naar deze mooie Fluistertocht was gegaan. En wat realiseerde ik mij hoe gelukkig ik mag zijn dat ik hier zulke mooie dingen mag beleven. 

Zutphen overzee. Column 2014-28 voor Contact

Een paar jaar geleden was ik op het prachtige Caribische eiland Sint Maarten. Ik was daar uiteraard om van de zon en het strand te genieten, maar ik was er vooral om een goede vriend uit Zutphen te bezoeken die erheen verhuisd was. Op een dag maakte ik een afspraak bij een duikschool op het verderop gelegen eiland Anguila. Ik moest erheen met de boot, langs de douane en een visum kopen. Anguila is namelijk van het Verenigd Koninkrijk. Eenmaal aangekomen bij de duikschool werd ik aangesproken door de kapitein van de boot. ‘Are you the Dutch girl?’ Ik bevestigde dat, waarop de man in het Nederlands verder sprak en mij vertelde dat hij al 12 jaar op het eiland woonde en dat er maar heel weinig Nederlanders kwamen. De laatste drie jaar had hij geen Nederlander meer gezien. En toen vroeg hij me waar ik woonde. ‘Zutphen’ antwoordde ik. De man viel bijna van zijn stoel af want hij was geboren in Zutphen en had de eerste 18 jaar van zijn leven daar doorgebracht. Ongelooflijk om zo ver van huis op zo’n afgelegen plek nog iemand uit Zutphen tegen te komen. We hebben nog lang gekletst en ik heb een fantastische duik gemaakt vanaf de boot van deze Zutphense man…
Afgelopen week was ik op internet aan het zoeken naar Zutphen. En ik kwam er toen achter dat wij hier langs de IJssel niet de enige inwoners van Zutphen zijn. Heel ver weg, in de Verenigde Staten, in de staat Michigan ligt een dorp dat ook Zutphen heet. Het ligt naast Zeeland dat weer naast het plaatsje Holland ligt. En dat in Noord- Amerika, vlak bij de Canadese grens. Daar moest ik meer van weten… Via Google earth heb ik even rondgelopen in Zutphen. Erheen vliegen om er echt te lopen was namelijk geen optie. Zutphen bleek niet meer te zijn dan een gehucht. Wel met van die typische Amerikaanse huizen. Maar behalve de naam kon ik er geen overeenkomsten vinden met “ons” Zutphen. Er staat een kerkje, de Zutphen church Hudsonville. Volgens Facebook zijn er wel 33 mensen geweest in het dorpje en dat is eigenlijk ook alles wat ik over Zutphen-ver-weg kon vinden.  Ooit moet daar dus een Hollander zijn geweest die heeft gedacht: ‘zo, dit dorpje noem ik Zutphen.’ Wie dat is geweest daar kwam ik niet achter helaas. Ik denk wel dat het een oud-inwoner van Zutphen was die toch wat heimwee had daar. Maar nou ben ik wel nieuwsgierig: is er iemand die er echt geweest is? Een foto van een inwoner van Zutphen-langs-de-IJssel in Zutphen Michigan? Mensen uit Zutphen reizen immers overal heen, dat is wel bewezen!

Chagrijn-trein. Column 2014-27 voor Contact

Al rijdend in mijn autootje hoor ik ineens wat geluiden die ik anders niet hoor. Ik rijd stug door, maar ruik dan ook ineens een brandlucht. Dat is echt niet goed! Ik wijzig meteen mijn bestemming en rijd direct door naar de garage. Daar krijg ik te horen dat er wel het één en ander mis is met mijn auto en dat ik dus een paar dagen een ander vervoermiddel moet gaan gebruiken. Fietsen en lopen is leuk, maar voor grote afstanden zal ik dus met de trein moeten. Moeten, want ik stap niet voor mijn lol in de trein. Via internet bestel ik een OV-chipkaart. Net op tijd, ik ben nog net niet de laatste Nederlander zonder zo’n kaart. Op een morgen moet ik vroeg naar Apeldoorn. Met de trein dus. Inchecken en instappen. Eigenlijk best makkelijk. De trein is al aardig vol met mensen. Ik vind nog een zitplekje, maar er ligt een tas op. Ik zeg vrolijk goedemorgen en vraag vriendelijk of ik op de plek van de tas mag gaan zitten. Niemand zegt wat terug. De tas wordt geërgerd op de grond gezet door een man die mij geen blik waardig keurt. Ik voel me erg ongemakkelijk en ga zitten. Ineens twijfel ik erg aan mezelf. Ik check mijn kleding, haar, make-up en adem, maar daar is niks mis mee. Blijkbaar heb ik gewoon de verkeerde zitplek tussen de verkeerde mensen uitgekozen. De trein vertrekt en ik kijk om me heen. De meeste mensen hebben hun telefoon in de hand en oordoppen in hun oren. Een enkeling leest een krant. Maar niemand kijkt vrolijk. Ongelooflijk! Ik vraag me af waarom iedereen zo chagrijnig en contactgestoord in de trein zit. Ik durf het echter niet te vragen aan medereizigers. Dus blijf ik maar gewoon zitten en kijk naar buiten. Ineens heb ik zin om in opstand te komen. Zin om heel hard een liedje te gaan zingen. Of om iedereen in de coupé een hand te geven en goedemorgen te zeggen. Om een polonaise te beginnen. Om een hele goede mop te vertellen. Of juist een hele slechte. Om te beginnen met tikkertje spelen. Maar ik houd mezelf in bedwang, al kost het me veel moeite. Als ik het bijna niet meer vol kan houden arriveert de trein in Apeldoorn en kan ik de trein uit. Dáááááág chagrijnige mensen die in Zutphen in de trein zijn gestapt!
De daaropvolgende dagen gaat het net zo in de trein. En dan is gelukkig mijn autootje gemaakt. Maar in de garage krijg ik te horen dat ik er rekening mee moet houden dat mijn auto het niet zo lang meer vol gaat houden. En dan zal ik dus weer met de trein moeten. Aan alle chagrijnige mensen in de trein: U bent gewaarschuwd, ik kom binnenkort weer terug. En ik vrees dat ik mezelf dan niet meer in bedwang kan houden. Tikkie, jij bent em!